Gids van een talentcoach om je techniek te verbeteren

Prestatiestrategieën in badminton kunnen veranderen in verschillende fasen van de wedstrijd. Deze sleuteltechnieken zijn getest en goedgekeurd door badmintoncoach en voormalig professioneel speler Peter Zauner (nr. 30 op de wereldranglijst in herendubbelspel). Ze kunnen je helpen om je spel te verbeteren: 

  • Gebruik mentale triggers om jezelf te motiveren. 
  • Zoek de zwakke punten van je tegenstander en pas je daaraan aan om hem of haar uit balans te brengen.  
  • Verander je manier van spelen naar gelang de situatie en/of de zone. 
  • Optimaliseer je training met een paar eenvoudige oefeningen.  

In badminton beïnvloeden verschillende factoren je gedrag, je reflexen en je bewegingen. Met training en strategisch denken kun je je reactiviteit, je anticipatie en je controle over het speelveld boosten. Maar hoe werken spelers aan die factoren om hun spel te verbeteren? Coach en voormalig professioneel speler Peter Zauner deelt zijn geheimen. 

Stress tegengaan met mentale triggers 

 

Controleverlies en niet 100% geconcentreerd zijn op je spel: dat is wat je wellicht het meest destabiliseert bij stress. Toen hij professioneel speelde, gebruikte Peter dit persoonlijk trainingsplan in drie stappen: 

Racket-up: Hou je racket omhoog om sneller en meer instinctief te reageren met een strategische positionering. 

Beweeg die benen: Dat herinnert je eraan dat je moet blijven bewegen en je blijven voorbereiden om aan te vallen. In beweging blijven werkt veel beter dan defensief spelen vanuit een statische positie. In dat laatste geval laat je de controle over het spel en het tempo helemaal aan je tegenstander(s).  

Vooruit: Als je vergeet naar voren te bewegen, zal de concurrentie zeker oprukken naar het net! 

Het idee is dat je een regel of een strategie samenvat in één enkel woord, een trigger die je gemakkelijk kunt onthouden. En focus dan op die triggers in een potentiële stresssituatie, zoals een wedstrijd.  

Dit is een 100% betrouwbare methode in enkel- én in dubbelspel. En denk erom: ‘Ontwikkel een goede strategie op training. In een toernooi is het onder druk veel moeilijker om te improviseren.’ 

Het recht van de sterkste 

 

In een spelersprofiel zitten altijd zowel kansen als bedreigingen:  

Is je tegenstander een goede aanvaller? Probeer dan laag en op het net spelen om te voorkomen dat hij de shuttle terugslaat in een oncontroleerbare smash. Laat hem alle hoeken van het speelveld zien en put hem uit door de shuttle naar de verste hoeken te slaan. Geef hem zo weinig mogelijk kansen om aan te vallen! Speel zo dicht mogelijk bij het net en probeer snelle slagen te maken. 

Is je tegenstander beter als verdediger? Defensieve spelers proberen hun tegenstander vaak te verzwakken door ze uit te putten. Met snelle slagen en tempowisselingen hou je het langer uit. Je hoeft minder te bewegen en je houdt vooral zelf de controle over het spel, terwijl je je bewegingen strategisch aanpast.  

Soms zijn spelers veelzijdig. Als je zo’n speler tegenkomt, zoek dan de juiste balans tussen defensief en aanvallend spelen en bekijk van moment tot moment wat het best werkt. En denk je dat je tegenspeler je strategie doorheeft? Verander dan van strategie om je tegenspeler te destabiliseren en om je bewegingen minder voorspelbaar te maken.  

Wat het niveau of het profiel van je tegenspeler ook is, volgens Peter is het uiteindelijke doel dat je niet al je energie opgebruikt in het begin van het spel. Dan riskeer je te vermoeid te raken en ga je te voorspelbaar spelen: 

‘Je moet niet meteen duidelijk maken wat je ware stijl is, want dan wordt je spel voor de tegenspeler veel te doorzichtig. De beste spelers springen zeker in het begin zuinig om met hun energie en halen pas op het einde hun geheime wapens uit de kast om vlot de set te winnen.’  

Afstandsverhoudingen: zone, afstand en ruimtes  

 

Ken je zones 

Om je tegenstanders uit evenwicht te brengen, moet je de minst toegankelijke zones van het speelveld gebruiken. Focus op de zijkanten helemaal achteraan om je tegenspelers te laten rennen en om hun positie te breken, zeker bij junioren en senioren. Als je dat in je voordeel laat werken, kunnen je tegenspelers de shuttle niet meer goed terugslaan. Blijf dan dicht bij het net van waaruit je kunt uithalen met een dodelijke smash. 

Want ook het net is een gevoelige zone. Goed netspel betekent aanvallen blokkeren, precies lobben en een strategische positie aannemen.  

Afstand en je tegenspeler  

Zover mogelijk van je tegenstanders spelen, vindt Peter een goede strategie om een overzicht te houden van hun bedoelingen, bewegingen en de kansen die je ze zomaar cadeau kunt doen.  

Anticiperen, reageren en het spel doorgronden lukt moeilijk als je met je neus in het net de situatie instinctief of reflectief moet analyseren!  

‘Mijn strategie was: zover mogelijk van de tegenspeler blijven, de shuttle snel opvangen en snel weer terugslaan, zodat de tegenspeler moet rennen en te weinig tijd heeft om aanvallend terug te slaan.’ 

Afstand en je partner 

Een cruciale fout die spelers – vooral in dubbelspel – vaak maken, is een verkeerde positionering. Ze spelen vaak pal naast elkaar, elk aan één kant. Spelers moeten werken aan een veel geslotener positionering die evolueert met het spel. Die evolutie moet synergetisch zijn en ‘zo weinig mogelijk ruimte laten tussen de spelers die samen 70 tot 80% van het speelveld moeten coveren’. 

Een paar praktische oefeningen 

 

Je spel verbeteren in aanval/verdediging 

Om in badminton aan je aanvals- en verdedigingsstrategie te werken, is de belangrijkste oefening 2 tegen 1. 

Aan één kant spelen twee aanvallers, een vooraan en een achteraan op het speelveld, en allebei spelen ze aanvallend tegen één enkele verdediger aan de andere kant. De verdediger moet de shuttle vooral terugslaan op zo’n manier dat hij zelf niet meer onder druk komt te staan.  

‘Dat is een ongelooflijk goede oefening voor je verdedigingstechniek en voor je spel in het algemeen. De twee aanvallers – en vooral die achteraan – focussen vooral op aanvallend werk, terwijl de eenzame verdediger onder druk probeert in zijn eentje de verdediging te controleren.’ 

1 tegen 1 spelen kan ook. In dat geval gelden deze regels: een aanvaller speelt normaal tegen een verdediger die veel hoger speelt. Deze oefening kun je in dubbelspel doen maar ‘om dan effectief te zijn, kun je beter met 2 tegen 3 spelen’. 

Je positionering op de baan verbeteren 

Peter suggereert deze eenvoudige oefening om tijdens training voor dubbelspel je positionering op de baan te leren verbeteren:  

‘Positioneer je twee op twee op het speelveld. Smashen mag niet. Start naast elkaar en splits pas op als er veel beweging in het spel komt. Dan gaat één speler naar voren en de andere naar achteren op de baan. Blijft er veel bewegen, ga dan opnieuw naast elkaar spelen. Je hebt genoeg tijd om van positie te wisselen, omdat je niet snel en zonder smashes speelt. Het is een snelle en gemakkelijke manier om positiewissels te oefenen.’ 

  

Fysieke en mentale voorbereiding is een goede manier om je zenuwen te kalmeren en om jezelf klaar te stomen voor een belangrijke wedstrijd of competitie. Blijf denken aan je afstand, de positionering en de krachtsverhoudingen om in het voordeel te blijven door goed te anticiperen en te reageren.